Twee kindjes in veiligheidshesjes lopen buiten met pedagogisch medewerker

Waarom aandacht voor bewegen

Icoon beweging

Voldoende en spelenderwijs bewegen in de dagopvang is belangrijk voor de ontwikkeling van jonge kinderen. Op jonge leeftijd gezond beweeggedrag aanleren is makkelijker dan op latere leeftijd ongezonde gewoontes afleren.

Kinderen bewegen tegenwoordig minder dan vroeger. Zo blijkt uit observationeel onderzoek dat er veel inactiviteit is bij 0-4 jarigen in de Nederlandse kinderopvang (Gubbels et al, 2012). Bovendien lijkt een kwart van de 0-4 jarigen in de winter niet dagelijks buiten te komen (Boere-Boonekamp et al, 2008).

Regelmatig bewegen en langdurig stilzitten beperken is belangrijk voor de gezondheid en goede ontwikkeling van jonge kinderen (Beweegadvies kinderen tot en met 4 jaar, Gezondheidsraad, 2022). 

Lekker bewegen met het nijntje Beweegdiploma

Zo Kinderopvang in Steenbergen werkt met het nijntje Beweegdiploma (Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie, kngu), een van de erkende activiteiten van Gezonde Kinderopvang. 
Vestigingsmanager Chantal van der Wegen: “Bij het nijntje Beweegdiploma gaat het erom dat de kinderen ervaren dat bewegen leuk is. Zo is de kans ook groter dat ze het later blijven doen. Meerdere medewerkers zijn getraind om het nijntje Beweegdiploma aan te bieden. We zijn ervan overtuigd dat een goede gezondheid van het kind de basis is voor een goede ontwikkeling!”
Lees meer over
nijntje Beweegdiploma

Zo bevorder je dat jonge kinderen meer bewegen:

  • Geef als pedagogisch medewerkers het goede voorbeeld door veel te bewegen en zelf mee te doen, bij spelletjes, buiten spelen en dansen op muziek. Laat zien hoe leuk bewegen is. Door een oprechte en enthousiaste houding zien en voelen kinderen dat jullie samen iets leuks gaan doen en dat je er voor ze bent.
  • Laat baby’s vrij bewegen en leg ze regelmatig op hun buik. Zo leg je de basis voor een goede motorische ontwikkeling.
  • Variatie van omgeving (box, speelkleed, aankleedkussen, op de arm) daagt een kind uit om te gaan spelen in buikligging.
  • Daag een dreumes uit om kruipend op ontdekkingstocht te gaan. Bouw bijvoorbeeld een hindernisbaan met stoelen waar een dreumes onderdoor en achterlangs kan kruipen. Je kunt ook een tent van de stoelen maken waar hij/zij in en uit kan kruipen.
  • Laat een peuter lopen, 'fietsen' op een loopfiets, rennen, dansen, springen, klimmen, klauteren, kruipen en stoeien. Een peuter beweegt namelijk nog met het hele lichaam.
  • Zet baby’s zo min mogelijk in wipstoeltjes of kinderstoelen, laat ze zoveel mogelijk vrij bewegen en spelen.
  • Leer dreumesen en peuters (begeleid) zelf de trap op en af lopen, zo leren ze spelenderwijs.
  • Doe beweegspelletjes. Die hebben ook een sociale functie: contact leggen, samen spelen, ruzie maken en teleurstellingen verwerken. Kijk voor beweegspelletjes op Huisvoorbeweging.nl. Of doe de Mini-learning motorische ontwikkeling van 30-40 minuten (Kenniscentrum Sport & Bewegen) en ontvang na afloop kosteloos beweegspelletjes en/of praatplaten.  
  • Speel veel buiten. In en met de natuur spelen en bewegen bevordert persoonlijke ontwikkeling, de gezondheid, creativiteit en samenspel.
  • Integreer bewegen in de dagelijkse routines. Denk daarbij ook aan bewegen integreren in liedjes en rijmpjes. Zet daarnaast ook in op langere beweegmomenten.
  • Plan dagelijks een uurtje bewegen in of verschillende beweegmomenten op een dag en in een week. Bijvoorbeeld: pedagogisch medewerkers organiseren minimaal twee keer per week buiten beweegspelletjes

Afbeelding met tekst beweegadvies 0-4 jarigen, hoeveel beweging is nodig?

Op basis van wetenschappelijk onderzoek adviseert de Gezondheidsraad om kinderen jonger dan 4 jaar regelmatig te laten bewegen en zo min mogelijk te beperken in hun beweeggedrag. Langdurig stilzitten, bijvoorbeeld door veel beeldschermtijd of vastzitten in een (wip)stoeltje, wordt afgeraden. Tot er meer wetenschappelijk bekend is, adviseert de Gezondheidsraad de richtlijnen van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO uit 2019 te gebruiken.

Lees meer over het beweegadvies 0-4 jarigen op Kenniscentrumsportenbewegen.nl. Je vindt daar ook een inspirerende video en infographic. 

Aan de slag met bewegen op 4 pijlers

Uit onderzoek weten we dat het effectief is wanneer je activiteiten uitvoert op de volgende pijlers:

  • beleid, 
  • ontwikkelen, 
  • omgeving,   
  • signaleren.

Aan welke activiteiten je kunt denken lees je hieronder. Kijk voor achtergronden over de pijlers bij Wat is Gezonde Kinderopvang

Beleid inhoud

Om te zorgen dat kinderen meer bewegen, neem je daarover uitgangspunten op in het beleid.

  • Leg in jullie beleid vast dat kinderen minimaal een uur per dag buiten zijn, ook als het regent of waait. En dat er voldoende uitnodigende beweegactiviteiten en materialen zijn en dat de pedagogisch medewerkers voldoende ideeën hebben om met de kinderen samen aan de gang te gaan.
  • Zet bewegen als vast bespreekpunt op de agenda en integreer het in het weekprogramma.
  • Neem contact op met de buurtsportcoach en zoek samenwerking met sportverenigingen en beweegaanbieders in de buurt om gezamenlijk bewegen te stimuleren.
  • Kijk naar een passende erkende activiteit om bewegen te stimuleren. Dat zijn activiteiten, die getoetst en van goede kwaliteit zijn, goed uitvoerbaar in de praktijk en ze bieden een grotere kans op effect. Voorbeelden zijn: Beweegkriebels, Eetplezier en Beweegkriebels ouderworkshop, nijntje Beweegdiploma en Beweeg Wijs. Bekijk alle erkende beweegactiviteiten voor de dagopvang
  • Profileer je als kinderdagverblijf met het thema bewegen. Niet alleen kinderen, maar ook hun ouders vinden bewegen belangrijk en leuk.  
  • Je kunt ook gebruik maken van het Beweegbeleid kinderopvang van Kenniscentrum Sport & Bewegen. 

Ontwikkelen inhoud

Pedagogisch medewerkers hebben invloed op hoeveel kinderen bewegen door voorbeeldgedrag en betrokkenheid bij activiteiten (Gubbels et al, 2010). Het is belangrijk dat zij weten wat bewegen betekent voor de ontwikkeling van een kind en hoe zij daaraan kunnen bijdragen.

  • Geef pedagogisch medewerkers bijscholing over bewegen. Zorg dat ze voldoende ideeën en handvatten hebben om bewegen echt onderdeel te maken van de dag. Zorg ervoor dat medewerkers beweegactiviteiten aanbieden zelf ook leuk vinden, want dan worden kinderen ook enthousiast. Kijk voor een voorbeeld hoe je dat doet naar Beweegkriebels (Huis voor Beweging). 
  • Om te zorgen dat kinderen in de kinderopvang meer spelenderwijs bewegen en zich kunnen ontwikkelen zijn er allerlei activiteiten voorhanden. Bekijk de erkende beweegactiviteiten voor de dagopvang
Tips
  • Beweeg als pedagogisch medewerker mee bij het dansen (zet muziek aan!) en maak bewegingen bij (tik)spelletjes en verhaaltjes vertellen.
  • Door een baby regelmatig even op de buik te leggen als hij wakker is, leert hij zijn hoofdje op te tillen. Ligt de baby niet graag op zijn buik? Probeer het dan door hem met de armpjes over een opgerolde handdoek te leggen. Blijf erbij voor de veiligheid. 
  • Realiseer je dat kinderen leren door vallen en opstaan. Peuters willen graag dingen uitproberen en klimmen en klauteren horen daarbij. Af en toe een misstap is niet erg. Blijf wel altijd in de buurt om in te grijpen als het verkeerd dreigt te gaan.
  • Je kunt online Beweegkriebels speelkaarten bestellen. Dat zijn kaarten met beweegspelletjes voor binnen en buiten. Of doe de Mini-learning motorische ontwikkeling van 30-40 minuten (Kenniscentrum Sport & Bewegen) en ontvang na afloop kosteloos beweegspelletjes.  
  • Op zoek naar inspiratie? In dit artikel op Allesoversport vind je een reeks beweegspelletjes om te bewegen met baby’s, dreumesen en peuters. 
Heeft jullie organisatie een coach Gezonde Kinderopvang?

Gebruik de  themamodules Bewege en Gewicht uit de scholing van Gezonde Kinderopvang. Daarmee help je pedagogisch medewerkers hun kennis en vaardigheden rond dit thema te verdiepen. Log in op Mijngezondekinderopvang.nl.

Omgeving inhoud

De sociale en fysieke omgeving bepaalt het beweeggedrag van jonge kinderen. Ouders vervullen een belangrijke voorbeeldfunctie en de inrichting van de binnen- en buitenruimte, en het speelmateriaal hebben veel invloed op de activiteit van 0-4 jarigen (Gubbels e.a., 2012).

  • Creëer een sfeer en omgeving (tijd en ruimte) die kinderen stimuleren te bewegen, spelen en ontdekken. Zorg voor voldoende, veilige maar uitdagende speelruimte en –materialen, zowel binnen als buiten en benut ze. Denk ook aan een open ruimte waar kinderen spontaan kunnen rennen en spelen.
  • Benut ook geschikte beweegplekken in de buurt (park, bos, grasveld, kinderboerderij, speeltuin en sportvereniging). Loop met kinderen in gekleurde veiligheidshesjes door de wijk.
  • Attendeer ouders op het belang van bewegen. Spreek tijdens een oudergesprek over bewegen, hang informatieve posters op en verzorg ouderworkshops. Zoek je inspiratie? Kijk in de Inspiratiegids Kleine Beweegsubsidie.
  • Betrek ouders door ze te vertellen hoe hun kind heeft bewogen gedurende de dag en hoe hij/ zij dat heeft ervaren. Geef eventueel concrete suggesties voor thuis. Er bestaan ook specifieke workshops en materialen om ouders meer te betrekken:
  • Bekijk de inspiratietip uit de praktijk: Stimuleer ouders en hun kinderen om thuis te bewegen met de beweegkoffer.
  • Lees ook de tips voor Draagvlak creëren bij ouders
  • Bekijk daarnaast de tips bij de Succesfactor samenwerken.  

Signaleren inhoud

Pedagogisch medewerkers zijn experts rond de ontwikkeling van kinderen en kunnen een belangrijke signaalfunctie vervullen bij achterstanden in bewegen of de motorische ontwikkeling van kinderen. Door in een vroeg stadium problemen of afwijkingen te erkennen en herkennen, kun je na doorverwijzing ernstigere problemen voorkomen.

  • Spreek bij een vermoeden van bewegings- of motorische achterstand met een collega en leidinggevende en vervolgens met de ouders.
  • Zorg voor samenwerking met een kinderfysiotherapeut. Vraag hem advies als je motorische afwijkingen en/of beweegachterstanden bij een kind constateert. Geef het adres door aan ouders. Andere mogelijkheid: laat de fysiotherapeut een ouderavond verzorgen of een keer meekijken op de groep.
  • Bekijk bij een lichte motorische achterstand samen met ouders hoe zij hun kind meer kunnen laten bewegen of zelf meer met hun kind kunnen bewegen. Laat bij een vermoeden van een ernstige afwijking ouders contact opnemen met een arts of verpleegkundige bij het consultatiebureau. 

Voorbeeld: KIK Kinderopvang pakt bewegen integraal aan

Een goed beweegprogramma vereist een integrale aanpak, volgens Kitty Düking van KIK Kinderopvang in Teteringen, zeker als het om risicovol spelen gaat.

"Want je kunt nog zo’n goed beleid hebben, als je medewerkers en ouders niet betrekt, of niet goed signaleert per kind en situatie, gaat het niet werken. En juist dat wij al deze facetten betrekken, maakt onze aanpak tot een succes." 

Lees verder

Jan Maarten Dank

‘Voorleven is belangrijk. Voor de kinderen, maar ook als collega’s onderling. Bijvoorbeeld met bewegen. De gêne vervalt als collega’s ook mee springen en dansen', aldus Jan Maarten, die zelf een levend voorbeeld van voorleven is. Hij is veel afgevallen en inmiddels dol op sport: 'Ik heb een paar collega’s zo ver gekregen dat we samen de kwart marathon van Rotterdam meelopen.'

Jan Maarten Dank | clustermanager bij kindeRdam

Meer informatie

Ondersteuning nodig?