drie jongens eten watermeloen

Waarom aandacht voor voeding

Icoon voeding

Kinderen in de basisschoolleeftijd zijn volop in de groei en in ontwikkeling en hebben dus eten en drinken nodig met voldoende energie en voedingsstoffen. Ook op de bso krijgen kinderen te eten en drinken en gaan pedagogisch medewerkers op een positieve manier om met  het aanbieden van duurzame en gezonde voeding. Zo draagt de bso een steentje bij aan een gezonde eetopvoeding van kinderen. 

Tussendoor

  • Kinderen die op vaste momenten wat tussendoor krijgen, leren zo om niet de hele dag door te eten en te drinken. Het is goed als een kind niet vaker dan vier keer op een dag eet of drinkt tussen de maaltijden door. Dat voorkomt tandbederf en helpt om op een gezond gewicht te blijven. 
  • Geschikte tussendoortjes uit de Schijf van Vijf zijn fruit (appel, peer, kiwi, meloen, aardbei, druif, mandarijn en andere soorten), snackgroenten (zoals wortel, schijfjes komkommer, reepjes paprika en gehalveerde snoeptomaatjes), volkoren mueslibolletje, volkoren knäckebröd met bijvoorbeeld (light) zuivelspread, volkoren boterham met bijvoorbeeld halvarine en 100 procent pindakaas, handje gedroogd fruit (zoals rozijntjes) of handje ongezouten noten. Blijf er altijd bij als de kinderen noten eten en eet zoveel mogelijk rustig aan tafel. Ook oudere kinderen kunnen zich nog verslikken.
  • Af en toe (bijvoorbeeld in de vakanties) kan een dagkeuze  best. Denk aan een lange vinger, speculaasje, kaneelbeschuitje, volkorenbiscuitje, rijstwafel, een handje popcorn of een waterijsje. Vermijd weekkeuzes, zoals chips, frisdrank, koek, taart en gezoete ontbijtgranen. Deze zijn vaak te calorierijk voor kinderen onder de 9 jaar. Kinderen vanaf 9 jaar hebben wat meer speling in dag- en weekkeuzes, maar besef dat ouders/verzorgers deze speling buiten bso-tijd vaak ruimschoots verbruiken.
  • Wil je van een product checken of het in de Schijf van Vijf staat of tot de dag- of weekkeuzes behoort, voer het dan in bij Staat dit in de Schijf?  Je kunt ook kijken in de Kies Ik Gezond-app van het Voedingscentrum, te downloaden via de appstores. Je ziet hier of een merkproduct in de Schijf van Vijf staat of niet.

Broodmaaltijd (lunch)

Geschikt voor de lunch zijn:

  • Volkorenbrood of bruinbrood, besmeerd met halvarine of margarine uit een kuipje. Deze smeersels bevatten gezonde vetten en vitamines A, D en E.
  • Mogelijke variaties op boterhammen: bruine of volkoren bolletjes/broodjes, volkoren of bruin stokbrood, roggebrood, volkoren mueslibol, volkoren knäckebröd/matze/cracotte, volkoren pitabroodje, volkoren wrap of volkoren Turk/Marokkaans/Libanees brood. Geschikt beleg is:
    • 100% notenpasta of 100 procent pindakaas (dus zonder toegevoegd zout of suiker).
    • Zelfgemaakte spread zonder toegevoegd zout en suiker, zoals hummus, tomatensalade en wortel- of bietenspread.
    • Gekookt of gebakken ei.
    • Kaas  die niet te veel verzadigd vet en zout bevat, zoals light zuivelspread, hüttenkäse, 20+ en 30+ (smeer)kaas, ricotta, zachte geitenkaas en mozzarella.
    • Vis, zoals (gerookte) zalm, makreel en tonijn (uit blik).
  • Groente en fruit, zoals tomaat, komkommer, paprika, avocado, banaan, appel en aardbei. Lekker als beleg en voor erbij. 
  • Voor basisschoolkinderen is er ruimte voor één dagkeuze buiten de Schijf van Vijf. Bij een lunchbuffet stimuleer je kinderen om zo veel mogelijk Schijf van Vijf-producten te kiezen. Dit doe je door de gezonde keuzes aantrekkelijk en opvallend te presenteren. Voorbeelden van dagkeuze belegsoorten  zijn appelstroop, jam, honing, vruchtenhagel, chocoladehagel, (halal) vleeswaren zoals kipfilet, ham, boterhamworst, komkommersalade, selleriesalade, sandwichspread, hummus en groentespread uit de supermarkt.
  • Magere en halfvolle zuivel (zoals melk, yoghurt en kwark). Voor kinderen die geen zuivel kunnen of willen is een naturel sojadrink met toegevoegd vitamine B12 en calcium een volwaardig alternatief. Andere plantaardige zuivelvervangers bevatten vaak te weinig eiwit en/of andere voedingsstoffen.
  • Het Voedingscentrum biedt ook richtlijnen voor lunchgerechten zoals (pasta)salade en voor een warme maaltijd. Kijk daarvoor op de website van het Voedingscentrum. 

Drinken

Er zijn heel veel soorten drankjes, maar de basis is simpel: water is de beste dorstlesser. Dit wissel je af met (lauwe) thee zonder suiker en magere of halfvolle zuivel, zoals melk. Water bevat geen calorieën en heeft een neutrale smaak. In limonade, diksap, frisdrank en sap zit veel suiker en dus calorieën. Het drinken van suikerhoudende dranken vergroot het risico op overgewicht. In light dranken zit weliswaar geen suiker, maar ze zorgen er alsnog voor dat kinderen wennen aan een zoete smaak en deze zijn door de zuren slecht voor het gebit. 

Zo zorg je ervoor dat kinderen water (leren) drinken:

  • Maak water drinken bijzonder. Schenk water in een mooie (gekleurde) beker. Je kunt ook een beker water versieren en een lekker smaakje geven met een schijfje sinaasappel of citroen. Een paar stukjes fruit is genoeg. Omdat de zuren uit fruit niet goed zijn voor het gebit van je kind, kun je water met fruit erin beter niet al te vaak geven. 
  • Serveer water in een kan met muntblaadjes of komkommer.
  • Zorg dat water gemakkelijk beschikbaar is. Zet bijvoorbeeld bij elke groep een kan water neer. Bij grotere kinderen is een watertap waaruit ze zelf kunnen tappen een topper.
  • Geef zelf het gezonde voorbeeld. Drink zelf water en laat zien dat je het lekker vindt.
  • Geef eens een kopje thee met een smaakje, bijvoorbeeld bosvruchten of mango. Meng wat koud water door de thee om het wat af te koelen en minder sterk te maken. Je kunt de thee ook helemaal af laten koelen en serveren als ijsthee, lekker op warme dagen. Dit doe je door een schijfje fruit en/of kruiden, en wat ijsblokjes toe te voegen.
  • Neem de tijd. Het kan even duren voor een kind gewend is aan water en thee drinken. Geef het rustig de tijd en blijf proberen.
  • Bestel de gratis poster suiker in pakjes drinken om op te hangen. Dan begrijpen ouders waarom de opvang voor water en thee kiest.
  • Kijk op de site van JOGG, gezonde jeugd, gezonde toekomst. Deze stichting heeft een speciale campagne over water drinken.

Trakteren

Jarig zijn betekent feest voor een kind, dus ook op de bso. Gezond trakteren kan daarbij horen. Geschikte traktaties zijn bijvoorbeeld:

  • Groente en vers of gedroogd fruit of andere Schijf van Vijf producten, bij voorkeur van het seizoen, in een leuk jasje. Denk bijvoorbeeld aan een mandarijnspookje of een appelvis. 
  • Kleine porties van producten van buiten de Schijf van Vijf, die niet te veel calorieën, zout en verzadigd vet bevatten. Dit noemen we dagkeuzes. Bso-kinderen tot en met 8 jaar kunnen een keer per dag zo’n extraatje eten (naast eenmaal dagkeuze-broodbeleg). Oudere kinderen hebben wat meer speling.
  • Voorbeelden van ‘dagkeuzes’ zijn: een handje popcorn, een klein koekje of een minirolletje of minizakje met (eventueel suikervrije) snoepjes of dropjes.
  • Wil je van een product checken of het geschikt is, voer het dan in bij Staat dit in de Schijf. Als de uitslag Schijf van Vijf is, is het de beste keuze voor een traktatie. Is de uitslag dagkeuze dan kan het eventueel ook. 
  • Vermijd zeker voor de kinderen onder de 9 jaar weekkeuzes. Een weekkeuze is een grotere keuze buiten de Schijf van Vijf, zoals een gevulde koek, zakje chips of een plak cake. Je kunt ook kijken in de Kies Ik Gezond-app van het Voedingscentrum, te downloaden via de appstores. Je ziet hier of een merkproduct in de Schijf van Vijf staat of niet. 
  • Een traktatie hoeft niet altijd eetbaar te zijn. Je kunt ook denken aan een klein cadeautje, zoals potloden of een schriftje.

Bespreek het trakteren minimaal een week voor de verjaardag van het kind met ouders of verzorgers. Geef daarbij aan wat binnen jullie gezondheids- en duurzaamheidsbeleid past. Zo voorkom je verrassingen. Kijk voor inspiratie op: Voedingscentrum.nl/trakteren

Leg een moestuintje aan

Moestuinieren is niet alleen een leuke activiteit. Het is ook een praktische manier om te werken aan kennis, houding en gedrag rond gezonde en duurzame voeding. Kinderen die aan de slag gaan in een moestuin krijgen spelenderwijs mee waar groenten, fruit en kruiden vandaan komen. En zullen er eerder van proeven. 

Op het gebied van hygiëne is er de hygiënecode voor kleine instellingen. Daarnaast is er de JGZ Richtlijn Voeding & Eetgedrag, waarop de voedingsadviezen en -voorlichting van de jeugdgezondheidszorg zijn gebaseerd. Op Voedingscentrum.nl vind je meer informatie over de Schijf van Vijf, voedingsadviezen en praktische informatie over voeding voor kinderen in de basisschoolleeftijd. De interessantste zoekgebieden voor jou zijn ‘Schijf van Vijf’, ‘Zwanger en kind’ en ‘Professionals’.

Aan de slag met voeding op 4 pijlers

Uit onderzoek weten we dat het effectief is wanneer je activiteiten uitvoert op de volgende pijlers:

  • beleid, 
  • ontwikkelen, 
  • omgeving,   
  • signaleren.

Aan welke activiteiten je kunt denken lees je hieronder. Kijk voor achtergronden over de pijlers bij Wat is Gezonde Kinderopvang

Beleid inhoud

Gezonde voeding is essentieel voor de ontwikkeling van kinderen. Daarom geef je ze gezonde voeding en maak je daarover afspraken. Die leg je vast in het beleid. Verder kun je afspraken maken over het stimuleren van kinderen in de ontwikkeling van hun eetgedrag en over alert zijn op afwijkend eetgedrag. Zorg dat pedagogisch medewerkers voldoende kennis over voeding hebben om het afgesproken beleid uit te kunnen voeren. Een eerste stap is bijvoorbeeld nagaan wat er binnen de organisatie al aan voedingsbeleid is vastgelegd. Toets dit aan het voorbeeldbeleid op de website van het Voedingscentrum. Je vindt hier ook het voorbeelbeleid dat gastouderbureaus kunnen aanbieden aan de aangesloten gastouders.  

De bso bepaalt wat kinderen in de opvang eten en drinken. In jullie beleid kun je ook de keuze voor duurzame voeding en aandacht voor de herkomst van voeding vastleggen. Voer een actief beleid op het gebied van eten en drinken en betrek ouders daarbij. Luister naar hun adviezen. Stel dan duidelijke richtlijnen op en neem die op in het beleid. Om tot een compleet voedingsbeleid te komen, kun je de volgende stappen nemen:

Stap 1: Maak jullie voedingsbeleid
Beschrijf welk eten en drinken de bso wel en niet aanbiedt. Besteed hierbij ook aandacht aan duurzaam aanbod. Benoem het als jullie bijvoorbeeld meer plantaardig eten stimuleren, zo min mogelijk voedsel verspillen of  met de seizoenen mee-eten. Beschrijf ook richtlijnen rondom voedingshygiëne. Nodig de oudercommissie uit om over het voedingsbeleid te praten. Zoek ook aansluiting op het voedingsbeleid van de opvang 0-4 jaar en vooral van de school. Raadpleeg voor jullie voedingsbeleid bijvoorbeeld het voorbeeldbeleid op de website van het Voedingscentrum. 

Stap 2: Pas de inkooplijst aan
Wanneer je weet welke producten jij wilt gebruiken in uw kinderopvangorganisatie pas je daar de inkooplijst op aan.

Stap 3: Communiceer het nieuwe voedingsbeleid
Zet de belangrijkste veranderingen op een rij. Wat zijn de gevolgen voor de medewerkers? Wat betekent het voor ouders? Licht ze vervolgens in en blijf het vertellen. Breng de afspraken en de resultaten gedurende het jaar regelmatig onder de aandacht, bijvoorbeeld in de nieuwsbrief, op de jaarkalender of voor een verjaardag van een kind.

Op de website van het Voedingscentrum staan voorbeeldbrieven en voorbeeldteksten voor op jullie website of in een brochure. 

Ontwikkelen inhoud

Samen eten en drinken gaat om meer dan alleen een maaltijd nuttigen. Tijdens eetmomenten gaat het ook om het leren van vaardigheden, communicatie over het eten (zoals het benoemen wat het kind eet) en het overdragen van normen. Zo kunnen medewerkers kinderen stimuleren gezonde producten te proberen zoals onbekende soorten fruit en groenten.

Bij gezond leren eten gaat het ook over het stimuleren van zelfregulering. Dat wil zeggen dat pedagogisch medewerkers kinderen stimuleren om hun eigen gedrag steeds beter te sturen, goede gewoontes te ontwikkelen, eenvoudige regels op te volgen en zelf problemen op te lossen. Zo worden kinderen weerbaar. Ze kunnen dan makkelijker nee zeggen tegen verleidingen om hen heen, bijvoorbeeld als het om snoep gaat.

Laat kinderen met elkaar iets bereiden. Inspiratie hiervoor is bijvoorbeeld te vinden:

  • Op de website van het Voedingscentrum vind je tips voor het samen koken met kinderen. 
  • Smaakplezier voor de bso: prikkel al je zintuigen met Smaakplezier op de bso! Dit is een klapper vol smakelijke ideeën. Het menu bestaat uit honderd activiteiten, verdeeld over zes thema's. Met de doe-kaarten uit de klapper kunnen kinderen zelfstandig aan de slag.
Heeft jullie organisatie een coach Gezonde Kinderopvang?

Gebruik de  themamodules Voeding en Gewicht uit de scholing van Gezonde Kinderopvang. Daarmee help je pedagogisch medewerkers hun kennis en vaardigheden rond dit thema te verdiepen. Log in op Mijngezondekinderopvang.nl.

Omgeving inhoud

Kies zoveel mogelijk voor producten uit de Schijf van Vijf te kiezen. Verder is van belang:

  • Vaste en rustige eetmomenten aan te houden. Bijvoorbeeld door iedere dag op een min of meer vast tijdstip gezamenlijk aan tafel te eten en daar de tijd voor te nemen. Eén van deze momenten is als de kinderen uit school komen.
  • Als pedagogisch medewerker zelf het gezonde voorbeeld te geven. Bijvoorbeeld door hetzelfde te eten en drinken als de kinderen. En door te laten zien dat je het lekker vindt. Eet ook zelf niet de hele dag door. 
  • Met collega’s en ouders te bespreken hoe jullie omgaan met traktaties en feestjes. 

Steeds meer gemeenten hebben in hun gezondheidsbeleid speciale aandacht voor preventie van overgewicht. Verschillende gemeenten hebben een eigen aanpak ontwikkeld, of werken samen met de JOGG, gezonde jeugd, gezonde toekomst.

Signaleren inhoud

Een pedagogisch medewerker heeft ook de taak ongezonde eetgewoonten bij een kind te signaleren. Voorbeelden van ongezonde eetgewoonten zijn:

  • Niet ontbijten;
  • Een eenzijdig eetpatroon;
  • Veel snoep, snacks en suikerhoudende dranken.

Ook de angst voor het eten van nieuwe of onbekende voeding (neofobie) is een ongezond signaal. Afhankelijk van het probleem en het beleid binnen de organisatie bespreek je deze signalen eerst intern met collega’s, de staf of pedagogisch specialist. Een maatregel kan zijn dat je ouders verwijst naar een passend ondersteuningsaanbod, bijvoorbeeld via de jeugdgezondheidszorg (consultatiebureau) of het Centrum voor Jeugd en Gezin.

Tip: gezond en duurzaam koken met kinderen? 

Kijk op Voedingscentrum.nl voor tips en video's. Je vindt er bijvoorbeeld de brochure met handige tips voor praktijklessen over gezond en duurzaam eten. Maar ook een checklist voor veiligheid en hygiëne in de keuken. En verder video's die helpen om kinderen basisvaardigheden in de keuken aan te leren, zoals groente snijden, eten koken en op smaak brengen. 

Stimuleringsbijdrage Lekker naar Buiten!

Ben jij coach Gezonde Kinderopvang en wil je aan de slag met gezonde en duurzame voeding? Regelmatig kun je een bijdrage  aanvragen (maximaal €500) voor een leuke voeding gerelateerde activiteit met de kinderen. Denk bijvoorbeeld aan spullen aanschaffen voor moestuinieren, hulp bij een kookles of vervoer naar een (kinder)boerderij. Log voor meer informatie in op Mijngezondekinderopvang.nl.

Op zoek naar inspiratie?

  • Bekijk het filmpje van Kinderopvang De Tivoli. 
  • Op Jonglereneten.nl vind je voorbeelden van kinderopvangorganisaties die al goed bezig zijn. 

Meer informatie

  • Informatie over voeding voor kinderen van 4-13 jaar van het Voedingscentrum.
  • Kinderdietisten.nl voor bijvoorbeeld een ouderavond over voeding of hulp bij voedingsbeleid ontwikkelen.
  • Opvoeden.nl: informatie voor ouders.

Ondersteuning nodig?

  • Mail een ambassadeur Gezonde Kinderopvang. Dat is een ervaren coach die graag met je meedenkt.  
  • Informeer naar mogelijkheden voor ondersteuning bij de regionale GGD. Of raadpleeg de lokale JGZ Jeugdgezondheidszorg (Jeugdgezondheidszorg) en/of het Centrum voor Jeugd & Gezin. 
  • Voor antwoord op vragen rond voedingsbeleid kun je bellen of mailen naar Professional Services van het Voedingscentrum.